Communicatie Interpreteren
Een gesprek als een potje tafeltennis
We doen het de hele dag door: (verbaal) communiceren. Op het eerste gezicht lijkt het zo simpel: Persoon A zegt iets tegen persoon B. Persoon B hoort de boodschap van de ander en reageert, waar persoon A vervolgens weer op reageert en ga zo maar door. Het doet denken aan een potje tafeltennis, waarin de boodschappen heen en weer schieten over de tafel. Maar wat gebeurt er nu eigenlijk precies als twee mensen met elkaar in gesprek zijn?
Jouw unieke referentiekader
Ik zoom wat dieper in op het proces van het communiceren aan de hand van een model afkomstig uit de NLP (Neuro Linguistic Programming). Het begint allemaal met een extern signaal: In dit geval datgene wat de ander in het gesprek zegt of doet. Dit signaal komt binnen via onze zintuigen. We horen de boodschap van de ander. Onmiddellijk beginnen je hersenen te werken en je vervormt de boodschap van de ander, je laat dingen weg en benadrukt andere dingen juist. Dit alles doe je niet met opzet, het is een gevolg van de zogenoemde ‘filters’ in je hoofd. Bij iedereen zijn deze filters anders. Ze zijn gevormd door je opvoeding, je herinneringen, de beslissingen die je in het verleden hebt genomen, de dingen die je belangrijk vindt (waarden) en de taal die je spreekt. Al deze zaken beïnvloeden de manier waarop jij naar de wereld kijkt en dus ook de manier waarop je reageert: Het is jouw unieke referentiekader. Middels deze filters maak je een interne voorstelling van datgene wat de ander vertelt. Deze interne voorstelling staat in directe verbinding met je stemming, je gemoedstoestand, je fysiologie (je fysieke gesteldheid), etcetera. Dit betekent dat bijvoorbeeld slecht slapen invloed heeft op de manier waarop je dingen waarneemt en interpreteert.
Wat kun je hiermee in gesprekken?
Terugkomend op het gesprek tussen persoon A en B, wordt met dit model duidelijk dat de boodschappen die tussen A en B uitgewisseld worden, niet zo ‘stabiel’ of ‘vaststaand’ zijn als ze in eerste instantie lijken. De betekenissen worden voortdurend gefilterd, geïnterpreteerd en vervormd in het gesprek. Wat persoon A bijvoorbeeld bedoelt met ‘een ontspannen werkweek’, kan voor persoon B iets heel anders betekenen. Toch gaat persoon B door op zijn/haar eigen betekenis en A op die van hem/haar. Vaak zie je dat mensen zo langs elkaar heen praten. Ze reageren dan direct op de boodschap van de ander zonder echt te weten wat die ander precies bedoeld heeft. Mensen gaan er meestal snel vanuit dat de ander dezelfde betekenissen geeft aan de woorden die gebruikt worden. Maar doordat de filters er bij iedereen anders uitzien, kun je nooit precies begrijpen wat de ander bedoelt. Je kunt wel proberen zo dicht mogelijk bij de betekenis van de ander te komen. Hoe…? Simpel! Door je te realiseren dat jij anders bent (en anders denkt) dan degene met wie je in gesprek bent. Stel vragen! Wat betekent dat wat de ander zegt voor hem/haar? Hoe ziet het er precies uit? Waarom vindt hij of zij dat? Als je op deze manier praat met de ander kun je meer diepgang bereiken in het gesprek en vergroot je de kans op werkelijk contact. Wees je ervan bewust dat je de boodschap van de ander niet direct begrijpt, maar dat jij een eigen interpretatie maakt. Mocht je er niet zeker van zijn of je de ander goed begrepen hebt, check dan jouw interpretatie bij de ander. De meeste mensen vinden dit geen probleem en zullen het juist waarderen, omdat daaruit blijkt dat je de moeite neemt om goed naar hen te luisteren!